Het werk van Ralph de Jongh (NL, 1978) bestaat veelvuldig uit platte vlakken waarop in diverse kleuren strepen en patronen te zien zijn. Dit lijkt op een omschrijving van een abstract schilderij, maar wie het werk bekeken heeft kan het niet zo eenvoudig onder de noemer van ofwel schilder- dan wel beeldhouwkunst scharen; het is eerder een symbiose tussen beide disciplines. In plaats van verf met een kwast op een doek aan te brengen, wordt er juist gips in diverse tinten over een vlak of in een mal gegoten. Door meerdere gekleurde lagen te gebruiken, krijgt het werk een gelaagdheid en volume. Ook het oppervlak is behandeld en heeft verschillende texturen doordat in het natte gips verpakkingsmaterialen zoals noppenplastic, ribbelkarton, folie en tape zijn afgedrukt. Zo vertoont zijn werk soms een grillige, rimpelige huid afgewisseld met juist gladde, strakke rasters.

Tijdens zijn afstudeerpresentatie (AKI Enschede, 2012) toonde Ralph zijn werk in de ruimte en stond het op de vloer als ware het beeldhouwkunst. Toch leken de monochroom gekleurde panelen met daarop soms lijnen, op het eerste gezicht abstracte schilderijen te zijn. Van dichterbij bekeken bleken het platte sculpturen van gekleurd gips op een drager te zijn met een duidelijke voor- en achterkant. Daar de werken vrij in de ruimte stonden, kon men goed eromheen lopen en was goed te zien dat ze aan alle zijden behandeld waren. Dus ook de achterkanten, die daardoor eigenlijk helemaal geen onbeduidende achterkanten waren; zelfs de dragers van de vlakken zoals klapborden, schragen en sokkels maakten onderdeel van de beelden uit die het best als ruimtelijke werken te beschrijven waren.

In Moira exposeert Ralph de Jongh zijn nieuwste werk, wederom ruimtelijke werken met een schilderachtig karakter. De titel “And then everything goes pear-shaped” verwijst naar het moment dat alles verkeerd gaat en er fouten gemaakt worden. Ralph lijkt in zijn werk deze grenzen op te zoeken om zo tot nieuwe vormen te komen.

 

ralph flyer ak